Om een vlot verloop van jouw stages te garanderen, zetten wij hier een aantal richtlijnen op een rijtje. Hou je eraan, ze zijn noodzakelijk voor een vlot verloop van de stage.
Omgang met de mentor en personeel op school
- Stel je bij het eerste contact voor aan je mentor.
- Laat vlak voor de stage nog iets van je horen, indien er veel tijd ligt tussen de laatste observatiedag en de eigenlijke stage. Check hoe de mentor liefst communiceert.
- Tracht telefonisch contact met je mentor zoveel mogelijk te beperken.
- Spreek je mentor en de bezoekende docenten steeds aan met mevrouw of meneer.
- Wees steeds tijdig aanwezig (minimum twintig minuten voor de aanvang van de school). In geval je niet (of niet tijdig) aanwezig kan zijn, verwittig dan je mentor (of indien je de mentor niet kan bereiken, de school), het secretariaat van de hogeschool én je leergroepbegeleider.
- Ga aan het begin en het einde van de stage steeds bij de directeur langs. Als er nog medestudenten op dezelfde school staan, probeer dan samen te gaan.
- Groet ook steeds alle andere personen die je ontmoet op school (toekomstige collega’s, ouders, enz.).
School- en klasregels
- Maak tijdens de observatiedag(en) duidelijke afspraken met je mentor over wat kan en niet kan.
- Informeer je over de geldende schoolregels en hou je daaraan. Lees er het schoolreglement van je school op na. We denken hierbij aan regels in verband met kledij, GSM, piercings, snoepen, roken, verzekering, enz. Bedenk dat je een voorbeeldfunctie vervult.
- Indien je kopieën mag nemen op school, breng dan tijdig je originelen naar je mentor (niet de dag van de activiteit zelf!).
- Ook andere materialen, media of lokalen dien je tijdig aan te vragen (knutselmateriaal, turnzaal, enz.).
- Probeer tucht te bewaren in de klas en hou je zoveel mogelijk aan de geldende klasregels.
- Draag je verantwoordelijkheid van bij het binnenkomen op school, tot op het moment dat je ze verlaat.
- Spreek steeds Standaardnederlands op school, ook tegen je medestudenten.
- Draag op stage steeds gemakkelijke en verzorgde kleding. Lange haren worden best niet los gedragen. Zorg er ook voor dat je je blote buik of rug niet toont.
- Let op met het nemen van foto’s of het filmen van het klasgebeuren. Vraag steeds toestemming aan de mentor. Vraag telkens na of er kleuters zijn die niet gefotografeerd mogen worden. Hou je aan de privacyregels van de stageschool.
Orde en netheid
- Wanneer je een activiteit beeldopvoeding gegeven hebt, ruim alles dan zorgvuldig op: borstels uitwassen, tafels afwassen, enz.
- Plaats het materiaal dat je gebruikte terug of neem het weer mee naar huis.
- Wees zuinig met het materiaal dat je van je mentor mag gebruiken.
- Werk de werkjes – samen met de kleuters – af (naam niet vergeten) en geef ze mee naar huis (voorzie eventueel zakjes).
- Zet aan het einde van de dag alle stoelen en tafels terug op hun plaats en zorg dat ze netjes zijn.
- Kijk aan het einde van de dag het materiaal in de speelwerkplekken na.
- Veeg op regelmatige tijdstippen de klas.
- Tracht af en toe het lokaal eens te verluchten.
- Laat alles achter zoals je het gevonden hebt.
We willen als hogeschool inzetten op een omgeving waar geen ruimte is voor grensoverschrijdend gedrag en waar dit – mocht het zich toch voordoen – ernstig genomen en aangepakt wordt. Aangezien grensoverschrijdend gedrag in elke situatie mogelijk is, is het nooit uitgesloten dat dit zich ook op je stageplaats voordoet.
Als iemand anders jouw persoonlijke grens overschrijdt, is dit gedrag ongewenst. Het is dan belangrijk dit onmiddellijk en duidelijk in je communicatie aan te geven. Als de ander daar vervolgens geen rekening mee houdt spreken we van grensoverschrijdend gedrag. Dit is eveneens het geval als het gedrag vanuit de specifieke context of vanuit algemeen fatsoen ongepast is (pesten en cyberpesten, geweld, ongepaste aanrakingen, discriminatie…)
We adviseren je om elke situatie van grensoverschrijdend gedrag zo snel mogelijk te melden aan één van de vertrouwenspersonen van je campus en/of aan je stagebegeleider van de hogeschool. Zij kunnen je informatie en advies geven van hoe je met de situatie kan omgaan en hoe je grenzen kan stellen. Zij kunnen ook maatregelen nemen om te zorgen dat het grensoverschrijdend gedrag stopt. Zij zullen nooit stappen ondernemen zonder overleg met jou en zonder jouw expliciete toestemming.
Voor meer informatie omtrent mogelijke signalen van grensoverschrijdend gedrag en wat te doen in geval je ermee geconfronteerd wordt, verwijzen we naar de onderwijsombuds.
De hogeschool erkent uitdrukkelijk de verplichting inzake beroepsgeheim, waarbij zowel de student als de stagebegeleider/stageplaatscoördinator gehouden zijn het beroepsgeheim, eigen aan de sector waarin de stage wordt volbracht, te eerbiedigen en zich te onthouden van enigerlei handeling die de goede naam of de bedrijvigheid van de stageplaats zou kunnen schaden; deze verplichting duurt voort na de periode van de stage. Via deze stageovereenkomst maakt de hogeschool de student en de stagebegeleider/ stageplaatscoördinator vooraf attent op het feit dat zij verplicht zijn volledige geheimhouding in acht te nemen wat betreft personeels- en kind-gegevens,… waarvan zij naar aanleiding van de uitvoering van de stage kennis nemen en die deel uitmaken van de intellectuele eigendom van de stageplaats. De student stemt erin toe dat de hogeschool en de stageplaats informatie uitwisselen voor de begeleiding en de evaluatie van de student. De stageplaats verbindt zich tot een discretieplicht omtrent alle informatie die hij aldus over de student verneemt. Deze verplichting van de stageplaats blijft bestaan na afloop van deze overeenkomst. In de opleiding gebruiken we beeldmateriaal van studenten terwijl ze aan het werk zijn met kleuters. We gebruiken dit beeldmateriaal enkel in de lessen om gericht te kunnen reflecteren over het les- en klasgebeuren. Dit beeldmateriaal wordt enkel gebruikt voor opleidingsdoeleinden en wordt verder niet gebruikt. Voor meer informatie: steven.vanmol@odisee.be
Wie op regelmatige basis met minderjarigen werkt – daaronder valt dus ook stage lopen in kleuteronderwijs – moet een ‘bewijs van goed gedrag en zeden’ kunnen voorleggen.
Dat bewijs je met een uittreksel uit het strafregister dat je aanvraagt bij jouw gemeentebestuur. Vraag specifiek naar het model dat bestemd is voor onderwijs (model 2, art. 596.2 SV). Bij veel steden en gemeenten kan je dat document ook online aanvragen. Vraag het document tijdig aan, je krijgt het niet altijd onmiddellijk.
Toon het originele uittreksel uit het strafregister (max. 1 maand oud) aan de directie van jouw schoolbestuur. Het originele document blijft in jouw bezit.
Als het uittreksel uit het strafregister vermeldt dat je uit je burgerlijke en politieke rechten bent ontzet, kan je geen stage lopen en later niet te werk gesteld worden in het kleuteronderwijs.
Woon je niet in België? Dan moet je een gelijkwaardig document voorleggen. Een getuigschrift van goed zedelijk gedrag, een moraliteitsattest, een uittreksel uit het strafregister of een gelijkwaardig document afgeleverd door de bevoegde buitenlandse instantie zijn mogelijk.
Stage lopen in een kleuterschool vraagt heel wat voorbereidingswerk. Om de kosten voor onze planeet én voor jezelf zo laag mogelijk te houden moet je onderstaande aandachtspunten in acht nemen.
- Print indien mogelijk recto verso af of zorg voor een verkleinde weergave.
- Print indien mogelijk op gerecycleerd papier.
- Gebruik geen plastic mapjes om de verschillende documenten op te bergen. Gebruik ze hooguit als ‘tussenbladen’ om de overzichtelijkheid van de map te verhogen.
- Print een bladzijde niet opnieuw af voor kleine wijzigingen. Deze mogen op papier aangevuld of verbeterd worden.
- Beperk de witruimtes. Voorzie geen voorblad waar alleen een tekening op staat.
- Print zelfgemaakte werkbundels niet af in kleur.
- Wanneer je een beamer of een digitaal bord ter beschikking hebt: gebruik dit zeker om tekeningen, foto’s… te tonen. Print niet nodeloos tientallen tekeningen af.
- Lamineer enkel die materialen die je regelmatig opnieuw gebruikt. Prenten die je één keer gebruikt, hoef je dus niet te lamineren.
- Ontwikkel materialen die multi-inzetbaar zijn. Maak bijvoorbeeld één groot spelbord of quizbord dat je voor verschillende activiteiten kan gebruiken.
- Gebruik duurzame ingrediënten en materialen als je een kookactiviteit plant. Kies voor gezonde, seizoensgebonden producten en gebruik echte borden en bestek in plaats van wegwerpmaterialen. Vraag na welke materialen op school voorhanden zijn.
- Gebruik waar mogelijk gerecycleerde materialen.
- …
In de lerarenopleiding kleuter- en lager onderwijs van Odisee Aalst ontwikkelden we een nieuw leertraject voor het geven van godsdienst in de basisschool, het geïntegreerd meersporencurriculum (kortweg GMC). Aanleiding voor dit nieuwe opleidingstraject is de evolutie in de persoonlijke levensbeschouwing van onze studenten. Op een authentieke manier godsdienst geven veronderstelt immers een gelovige basishouding. De laatste jaren zien we een toenemende groep van studenten die zegt anders- of niet gelovig te zijn. Het zou voor hen dan ook niet echt consequent zijn om toch godsdienst te geven. Om hieraan tegemoet te komen maken studenten in dit nieuwe leertraject in de loop van hun opleiding een keuze tussen 2 opties.
Meer info vind je in dit document.
Medische info en afwezigheid tijdens stage
Ben je zwanger, dan meld je dit aan de trajectbegeleider en aan jouw stageschool (directie en mentor). Je mag geen didactische oefeningen of actieve stage meer doen. De overige theoretische vakken, mag je gewoon verder opnemen. Samen met de trajectbegeleider wordt bekeken hoe het verdere verloop van jouw traject er uit ziet.
De associatie KULeuven laat alle studenten die stage lopen in kleuteronderwijs een medisch onderzoek ondergaan met vaccinatie tegen hepatitis A. Een TBC test wordt geplaatst indien de risicoanalyse dit vraagt. Dit medisch onderzoek wordt in overleg georganiseerd en valt ten laste van het Fonds voor Beroepsziekten. Deze vaccinatie dient aangevraagd te worden bij het Fonds voor Beroepsziekten.
Waarom vaccinatie tegen hepatitis A?
Als kleuteronderwijzer kom je in contact met peuters en kleuters die niet zindelijk zijn. Bij het verluieren is contact met stoelgang of urine niet uit te sluiten, wat een risico op hepatitis A (ontsteking van de lever) met zich meebrengt. Er is geen behandeling mogelijk maar wel een vaccinatie. Je krijgt twee inentingen met een interval van zes tot twaalf maanden, die jou vijfentwintig jaar tot levenslang bescherming biedt.
Bij studenten ouder dan veertig jaar wordt op basis van een bloedafname gecontroleerd of ze deze ziekte mogelijks al hebben doorgemaakt. In dat geval zijn ze immuun voor hepatitis A. Zij moeten geen vaccinatie krijgen maar moeten wel nog op medisch onderzoek komen. Een vaccin wegens beroepsrisico kan niet geweigerd worden, tenzij je een medisch attest kan voorleggen.
Wie niet in orde is met de vaccinaties, kan geen stage lopen, ook geen observatiestage. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de student.
Procedure in de praktijk:
IDEWE komt bij de start van het academiejaar langs en geeft een informatiesessie aan alle studenten. Op dat moment vul je een aanvraagformulier in voor de terugbetaling van de vaccins.
De dokter bezorgt de ingevulde documenten aan het FBZ. Zij sturen de goedkeuring op naar de student (kan tot twee maanden duren). De student bezorgt deze goedkeuring aan het opleidingssecretariaat van de hogeschool en zij bezorgen dit aan IDEWE. Dan pas kunnen de spuiten aangevraagd worden en volgt daarna de vaccinatie. De datum en de uren van de inenting en het medisch onderzoek worden via het studentenportaal gecommuniceerd. Meer informatie kan je verkrijgen via Brenda Beerens (brenda.beerens@odisee.be).
Kan je omwille van ziekte niet aanwezig zijn tijdens een stageactiviteit, dan breng je daar zo snel als mogelijk alle betrokkenen van op de hoogte: jouw leergroepbegeleider, jouw stagementor en de directeur van jouw stageschool.
Je bezorgt ook een geldig afwezigheidsattest aan alle betrokkenen. Zonder geldig attest wordt jouw afwezigheid immers beschouwd als ongewettigd en kan je geen inhaalmoment plannen. Dit zou dus betekenen dat je niet kan slagen voor het OPO stage.
In samenspraak met jouw mentor en jouw leergroepbegeleider plan je zo snel mogelijk een ander stagemoment in.
Kan je omwille van overmacht niet aanwezig zijn tijdens een stageactiviteit, dan breng je daar zo snel als mogelijk alle betrokkenen van op de hoogte: jouw leergroepbegeleider, jouw stagementor en de directeur van jouw stageschool.
Je neemt daarnaast ook contact op met de stagecoördinator van de hogeschool. Deze zal in samenspraak met de andere betrokkenen en eventueel na overleg met de dienst STUVO oordelen of jouw afwezigheid al dan niet gewettigd is.
Is jouw afwezigheid ongewettigd, dan kan je niet slagen voor het OPO stage.
Is jouw afwezigheid wel gewettigd, dan bezorg je indien gevraagd de nodige documenten zo snel mogelijk aan de betrokken partijen. In samenspraak met jouw mentor en jouw leergroepbegeleider plan je in dat geval zo snel mogelijk een ander stagemoment in.
Wat betreft omstandigheidsverlof, bijv. omwille van een overlijden, hanteren wij de wettelijk bepaalde afspraken. Blijf je langer afwezig, dan heb je een bijkomend afwezigheidsattest nodig. Bespreek jouw situatie in ieder geval zo snel mogelijk met jouw leergroepbegeleider en met STUVO.
Stopzetten stage
De stage en de afgesloten stageovereenkomst wordt automatisch beëindigd wanneer een student zich uitschrijft uit de opleiding.
De student contacteert zo snel mogelijk de eigen leergroepbegeleider om in gesprek te gaan over zijn motivatie voor stoppen. In dit gesprek wordt nagegaan of de beslissing weloverwogen en doordacht is; er wordt bevraagd welke toekomstplannen er leven. Er kan worden doorverwezen naar de jaarcoördinator, de trajectbegeleider, STUVO…
De student is er zich van bewust dat hij ‘NA’ (niet afgelegd) als score op het rapport krijgt voor het OPO. Deze score betekent dat niet de volledige stage zelfstandig (t.e.m. de laatste stagedag) werd afgewerkt. Dit heeft geen andere gevolgen voor inschrijvingsgeld of leerkrediet dan wanneer op het rapport een tekort (9/20 of minder) zou staan. Stoppen met stage is bovendien definitief voor het volledige academiejaar en verlengt per definitie de duur van de opleiding met minstens één semester. Bij hernemen van stage in een volgend academiejaar zijn alle periodes te herdoen.
De student bevestigt zo snel mogelijk via e-mail aan alle betrokken partijen dat hij stopt met de stage. Hij verwittigt zowel de leergroepbegeleider vanuit de hogeschool als de directeur en de stagementor van de stageschool.
De student kan ervoor kiezen om na stopzetting stage vrijwillige stage op te nemen (bijv. enkele maar niet meer alle activiteiten voor zijn rekening nemen, teamteaching met een mentor, extra observaties, enz.). In dat geval moet de student contact opnemen met de verantwoordelijke voor vrijwillige stage, die de nodige informatie zal verstrekken en een traject met de student zal opstarten. Meer informatie vind je bij ‘vrijwillige stage‘ op deze stagewebsite.
Op vraag van de stageplaats of omwille van niet-naleven van afspraken, kan een stage ook op vraag van de stageplaats of de hogeschool worden beëindigd. Er kan een vervangende stageplaats gezocht worden, tenzij:
- de stageperiode al te ver gevorderd is;
- de student de verplichtingen opgelegd door de stageovereenkomst, de stagewebsite of de ECTS-fiches niet naleeft.
De student is er zich van bewust dat hij ‘NA’ (niet afgelegd) als score op het rapport krijgt voor het OPO. Deze score betekent dat niet de volledige stage (t.e.m. de laatste stagedag) zelfstandig werd afgewerkt. Dit heeft geen andere gevolgen voor inschrijvingsgeld of leerkrediet dan wanneer op het rapport een tekort (9/20 of minder) zou staan. Stoppen met stage is bovendien definitief voor het volledige academiejaar en verlengt per definitie de duur van de opleiding met minstens één semester. Bij hernemen van stage in een volgend academiejaar zijn alle periodes te herdoen.
De student kan ervoor kiezen om na stopzetting stage vrijwillige stage op te nemen (bijv. enkele maar niet meer alle activiteiten voor zijn rekening nemen, teamteaching met een mentor, extra observaties, enz.). In dat geval moet de student contact opnemen met de verantwoordelijke voor vrijwillige stage, die de nodige informatie zal verstrekken en een traject met de student zal opstarten. Meer informatie vind je bij ‘vrijwillige stage‘ op deze stagewebsite.